project - EIP-AGRI Operational Group
Sustainable use small freshwater bubbles
Duurzaam gebruik kleine zoetwaterbellen
Kontext
Maatschap Gebroeders Op ‘t Hof heeft een perceel dat gelegen is op een kleine zoetwaterbel. De bel voldoet nu niet aan het criterium van een dikte van tenminste 15m. De dikte is nu 12m. De oorzaak van de kleinere dikte ligt niet aan het feit dat er onvoldoende grondwateraanvulling is maar de dikte wordt beperkt door een kleilaag op 12m diepte. De diepe kleilaag belemmert de verdere groei van de zoetwaterbel tot de benodigde dikte van 15 m. Deze waarde is de beleidsmatige grens voordat er sprake kan zijn van duurzaam gebruik
Objectives
Freshwater bubbles are required by county and water board policy to be of a certain size for sustainable use. In many cases this size is necessary but sometimes sustainable use is also possible with smaller bubbles. This project tests this hypothesis for 1 bubble in practice. The results of the research can provide insight into the properties of smaller sustainable bubbles, on the basis of which preconditions for the possibilities of small freshwater bubbles can be developed within Zeeland.
Objectives
Zoetwaterbellen moeten volgens het beleid van de provincie en waterschap een bepaalde grootte hebben om duurzaam te mogen gebruiken. In veel gevallen is deze grootte noodzakelijk maar soms is een duurzaam gebruik ook mogelijk bij kleinere bellen. In dit project wordt voor 1 bel deze hypothese getoetst in de praktijk. De resultaten van het onderzoek kunnen inzicht geven in de eigenschappen van kleinere duurzame bellen, op basis waarvan randvoorwaarden voor de mogelijkheden van kleine zoetwaterbellen kunnen worden ontwikkeld binnen Zeeland.
Activities
In the pilot, a deep drain with an electric submersible pump and underground drip irrigation will be installed, supplemented by a rain gauge. Water flows are measured and monitoring wells with pressure and conductivity sensors monitor effects such as up-coning and salinity. CVES/ERT measurements and soil moisture sensors help understand salinization and optimize drip irrigation. A reference plot without irrigation is used for comparison. Results are used to establish guidelines for sustainable management of freshwater bubbles and share knowledge through agricultural networks, journals, and social media.
Activities
In de pilot wordt een diepdrain met elektrische onderwaterpomp en ondergrondse dripirrigatie aangelegd, aangevuld met een regenmeter. Waterstromen worden gemeten en peilbuizen met druk- en geleidbaarheidssensoren monitoren effecten zoals up-coning en zoutgehalte. CVES/ERT-smetingen en bodemvochtsensoren helpen bij het begrijpen van verzilting en optimaliseren van dripirrigatie. Een referentieplot zonder irrigatie wordt gebruikt voor vergelijking. Resultaten worden gebruikt om richtlijnen voor duurzaam beheer van zoetwaterbellen op te stellen en kennis te delen via agrarische netwerken, tijdschriften, en sociale media.
Project details
- Main funding source
- Rural development 2014-2020 for Operational Groups
- Rural Development Programme
- 2014NL06RDNP001 Plattelandsontwikkelingsprogramma voor Nederland 2014-2020 (POP3)
Ort
- Main geographical location
- Overig Zeeland
EUR 238 705.00
Total budget
Total contributions from EAFRD, national co-financing, additional national financing and other financing.
1 Practice Abstracts
In Zeeland, fresh rainwater is mainly stored in freshwater bubbles in sandy creek ridges, dunes and cover sand soils. However, water extraction is only permitted in freshwater bubbles of 15 m or thicker. As a result, part of the available freshwater present in smaller bubbles in Zeeland is not used. In this study, we investigated whether smaller freshwater bubbles can also be managed sustainably and under what conditions this is possible. In this bubble, it appeared that after the second year of extraction, the lower limit of the freshwater bubble had risen slightly as a result of the extraction. However, it remains unclear whether there is also an effect at the edge of the freshwater bubble. It is also not yet known to what extent the observed salinisation effects will recover after a winter period. We therefore recommend expanding the monitoring in order to gain insight into long-term effects and to reduce the uncertainty of the results at the eastern and lower edge of the bubble.
In Zeeland wordt zoet regenwater voornamelijk opgeslagen in zoetwaterbellen in zandige kreekruggen, duinen en dekzandgronden. Wateronttrekkingen worden echter alleen in zoetwaterbellen van 15 m of dikker toegestaan. Hierdoor wordt een deel van het beschikbare zoete water dat in kleinere bellen aanwezig is in Zeeland niet benut. Binnen dit onderzoek hebben wij gekeken of kleinere zoetwaterbellen ook duurzaam kunnen worden beheerd en onder welke voorwaarden dit mogelijk is. In deze bel bleek dat na het tweede onttrekkingsjaar de ondergrens van de zoetwaterbel iets gestegen was als gevolg van de onttrekking. Het blijft echter onduidelijk of er ook een effect is aan de rand van de zoetwaterbel. Het is ook nog niet bekend in welke mate de waargenomen verziltingseffecten zullen herstellen na een winterperiode. We bevelen daarom aan om de monitoring uit te breiden, om zo langetermijneffecten in beeld te krijgen en de onzekerheid van de resultaten aan de oostelijke- en onderrand van de bel te verkleinen.
Contacts
Project coordinator
-
Arjen Roelandse - Acacia Water
Project coordinator
Project partners
-
Maatschap Gebroeders Op ‘t Hof
Project partner