Contexte
Mais is een mooi voedergewas, maar ook een probleemteelt vanwege milieueffecten, waaronder uitspoeling stikstof naar het watersysteem, teruglopen bodemorganische stof (afname klimaatadaptatie en –mitigatie), teruglopen bodemleven/biodiversiteit, bodemdegradatie etc. Er zijn maatschappelijke redenen voor aanpassing van het teeltsysteem (o.a. aanscherpende regelgeving), maar ook voor productiestabiliteit op langere termijn is aanpassing noodzakelijk.
Objectives
The project is aimed at herbicide-free cultivation, because its use raises more and more social questions. An independent and substantiated view of (im) possibilities (facts and figures) in a practical context (operational group) is developed.
Objectives
Het project is gericht op een herbicidenvrije teelt, omdat het gebruik daarvan steeds meer maatschappelijke vragen oproept. Er wordt een onafhankelijk en onderbouwd zicht op (on)mogelijkheden (feiten en cijfers) in praktijkverband (operationele groep) ontwikkeld.
Activities
This project investigates which types of undercrop (cover crops) or partner crop (mixed cultivation) for weed suppression on sandy soil on the one hand and peat soil on the other under which conditions perform best while maintaining (maize) yield. With this we want to do full justice to ecosystem services. This is the case for biodiversity (more types of plants, and no decrease in food supply for insects and soil life compared to without the use of undergrowth and herbicides), climate (living undergrowth provides continuous C-fixation) and environment (living undergrowth provides continuous uptake of nutrients so that leaching is much lower).
Activities
In dit project wordt onderzocht welke typen ondergewas (cover crops) of partnergewas (mengteelt) voor onkruidonderdrukking op enerzijds zandgrond en anderzijds veengrond onder welke omstandigheden het beste presteren met behoud van (maïs)opbrengst. Hiermee willen we ecosysteemdiensten volledig tot hun recht laten komen. Dit is zowel het geval voor biodiversiteit (meer soorten planten, en geen afname van voedselaanbod voor insecten en bodemleven in vergelijking zonder gebruik van ondergewas en herbiciden), klimaat (levend ondergewas geeft onafgebroken C-vastlegging) en milieu (levend ondergewas geeft onafgebroken opname van nutriënten waardoor uitspoeling veel lager is).
Project details
- Main funding source
- Rural development 2014-2020 for Operational Groups
- Rural Development Programme
- 2014NL06RDNP001 Plattelandsontwikkelingsprogramma voor Nederland 2014-2020 (POP3)
Emplacement
- Main geographical location
- Zuidoost-Friesland
EUR 205 109.00
Total budget
Total contributions from EAFRD, national co-financing, additional national financing and other financing.
Ressources
1 Practice Abstracts
End result
Main conclusions from the trials in the project (2019 and 2020):
- Strip milling promotes soil life and reduces the risk of nitrate leaching compared to spading.
- Clover underseeding after spading gave a high maize yield and did not lead to an increased N-residue relative to glyphosate spading. Clover after digging therefore seems to be a good non-chemical alternative to glyphosate in maize cultivation.
- Strip mulching resulted in loss of maize yield due to grass regrowth, but had a positive effect on insects and a lower risk of nitrate leaching.
- Grasshopper performed similarly to glyphosate, which is less selective, in terms of maize yield, earthworms and insects.
- 'Three-stage rocket' (mixture of phacelia, alfalfa and buckwheat) after digging gave reasonable maize yields in both years, but less than the chemical controls. Because it was mowed, no benefits in terms of biodiversity were found.
More information can be found in the V-focus article of September 2021: http://www.louisbolk.nl/sites/default/files/publication/pdf/chemievrij-…
In the photo: test field location Joure, summer 2020
Eindresultaat
Belangrijkste conclusies op grond van de proeven in het project (2019 en 2020):
- Strokenfrezen bevordert bodemleven en verlaagt het risico op nitraat-uitspoeling ten opzichte van spitten.
- Klaver-onderzaai na spitten leverde een hoge maisopbrengst en leidde niet tot een verhoogd N-residu ten opzichte van glyfosaat-spitten. Klaver na spitten lijkt daarom een goed niet-chemisch alternatief voor glyfosaat in maisteelt.
- Strokenmulchen leidde tot verlies van maisopbrengst door teruggroei van gras, maar had wel een positief effect op insecten en een lager risico op nitraatuitspoeling.
- Grassenmiddel presteerde qua maisopbrengst, regenwormen en insecten gelijk als glyfosaat, dat minder selectief is.
- ‘Drietrapsraket’ (mengsel van phacelia, luzerne en boekweit) na spitten gaf in beide jaren redelijke maisopbrengsten, maar minder dan de chemische controles. Doordat het gemaaid werd, werden geen voordelen wat betreft biodiversiteit gevonden.
Meer informatie is te vinden in het V-focusartikel van september 2021: http://www.louisbolk.nl/sites/default/files/publication/pdf/chemievrij-…
Bij de foto: proefveld locatie Joure, zomer 2020
Contacts
Project coordinator
-
Joachim Deru
Project coordinator
Project partners
-
Nordic Maize Breeding, Melkveehouder G.J. Lenes
Project partner
-
loonbedrijf Hoekstra BV, machinebouwer Henk Pol
Project partner